Biografie Brigitte Raskin

Brigitte Raskin

Brigitte Raskin wordt in 1947 geboren in het Brabantse stadje AARSCHOT, waar haar vader vrederechter is. Het gezin van Paul Raskin en Maria 's Heeren telt al twee meisjes, Chris en Adi, en twee jongens, Wim en Jos, en na de derde dochter Brigitte komt er ook een derde zoon bij, Paul junior, alias Polly. Het zestal krijgt een christelijke, burgerlijke en studieuze opvoeding en draait mee in de Aarschotse jeugdbewegingen. Brigitte gaat naar de meisjesscouts, krijgt als kabouter de bijnaam Weetgraag en als gids de totem Wildzang. Aan haar onbezorgde kindertijd komt bruusk een einde op 18 maart 1959, de dag waarop haar moeder plotseling overlijdt. 'En tegen het onrecht dat een mens jong sterft, kan niet in beroep worden gegaan,' schrijft ze later in De Maagd van Antwerpen, het ware verhaal van Maria S'Heeren, een naamgenoot van haar moeder met een verschrijving verschil.

Haar zussen achterna gaat Brigitte op haar twaalfde naar LEUVEN, op kostschool in Paridaens, voor zes jaar Grieks-Latijnse. Daarna wordt ze aan de Leuvense universiteit historica, gespecialiseerd in de geschiedenis van de Vlaamse beweging en afgestudeerd met een scriptie over het Davidsfonds. Ze maakt de woelige studentenbeweging van de jaren zestig mee en schrijft voor het studentenblad Universitas. Als jobstudente werkt ze op de Brusselse redactie van de krant De Nieuwe Gids, haar debuut in de journalistiek. In 1971 haalt Mark Grammens haar binnen in zijn spraakmakende weekblad de nieuwe, waarvoor ze het (ook schrijvende) manusje-van-alles wordt. In april 1974 trouwt ze met Edgard Alsteens, gelegenheidsfotograaf van de nieuwe en tweelingbroer van Gerard Alsteens of GAL, vaste tekenaar van het blad.

Brigitte Raskin

Van beroep is haar man druiventeler en zo komt Brigitte in OVERIJSE tussen de druivenserres terecht en in de Brusselse rand. In 1975 stapt ze op bij de nieuwe en gaat ze het onderwijs in als lerares geschiedenis, eerst los in scholen in en om Brussel, daarna vast in het Koninklijk Atheneum Keerbergen. Het gezin Alsteens-Raskin gaat drie kinderen tellen: Stijn (°1976), Korneel (°1978) en Lotte (°1983). Brigitte blijft overigens freelance journalistiek actief, onder andere als hoofdredacteur van het progressieve tijdschrift de nieuwe maand en als columniste Brelle in het satirische weekblad De Zwijger van Johan Anthierens. Hij loodst haar in 1984 binnen in Namen Noemen, een spelprogramma op de Vlaamse televisie. Ze neemt er jarenlang aan deel, waardoor ze naar eigen zeggen 'onredelijk beroemd' wordt in Vlaanderen. André van Halewyck en Mark Schaevers, respectievelijk directeur en redacteur van de Leuvense uitgeverij Kritak, die de nieuwe maand publiceert, moedigen Brigitte aan tot literair schrijven en in 1988 verschijnt bij Kritak haar debuut Het Koekoeksjong, het levensverhaal van een Antwerps hoerenkind. Het boek wordt in mei 1989 verrassend bekroond met de Nederlandse AKO-Literatuurprijs.

Brigitte Raskin

Door dit succes aangemoedigd, verlaat Brigitte het onderwijs en wordt ze fulltime schrijfster. 'Wat het meest intrigeert in het werk van Brigitte Raskin is de combinatie van haar documenterende stijl en haar terugkerende nieuwsgierigheid naar mensen die de verbeelding tarten,' schrijft een recensent van De Volkskrant in 1994, en hij vervolgt: 'Vooral ook is ze zelf uitdrukkelijk aanwezig. Ze praat met ambtenaren in een Vlaams gemeentearchief en pakt haar portemonnee om leges te betalen, ze zit aan het doodsbed van haar vader of gaat naar de Hoogmis in China – maar ze is bijna nooit in haar eigen huis, in haar werkkamer.' Schrijven is voor Brigitte dan ook spoorzoeken, in China voor haar familie-epos De eeuw van de ekster, in Indonesië voor Radja Tanja, in Denemarken voor Hartenheer.

Sinds de zomer van 2017 is Brigitte Raskin 70 plus. De kinderen zijn lang het huis uit, maar ze volgt hen gretig in de werelden van kunstgeschiedenis, muziek en journalistiek waarin zij terechtgekomen zijn. Zelf blijft ze met haar geschreven en gesproken woord meedraaien in de culturele wereld, is ze reisleider en bij gelegenheid jurylid of inleider - kortom, leest, reist en schrijft ze als vanouds.

“Want de verteller zet een waar verhaal graag naar zijn hand.”

Brigitte Raskin